Zon, zand, een dagje strand
Tijdens deze plakkerige zomerdagen pakt menig gezin het parasolletje, badlaken en de koelbox en vertrekt richting een zwemwater. Zo simpel is dat. Of eigenlijk, zo simpel was dat.
Waar ik tot 2,5 jaar geleden op een warme dag zo de deur uit liep, ben ik nu voor mijn gevoel uren bezig, vergeet ik alsnog de helft en ben ik al oververhit voordat de zon op zijn hoogste punt staat. Sta je eindelijk op het punt om weg te gaan, zet je lieve meisje het nog even op een brullen! Buiten is het bijna 30 graden, in de auto een graad of 40 en dan wordt je in zo’n warme autostoel gezet, mét gordels om. Mee eens, het is op zijn minst een jankbui waard.
3 uur voorbereiding, 10 minuten met een gillend kind op de achterbank, inmiddels 11 uur ’s ochtends, nog geen kop koffie gezien, de 30 graden komt in zicht, maar we zitten. Op het strand. Heerlijk. En dan nu ontspannen…
Ontspannen aan het water? Met een kind? Wat een grap. Onze dame eet graag zand en vindt het heerlijk om ermee tussen haar tanden te knarsen. Wij proberen te wennen aan het koude water, zij duikt er vol overgave in. Ze sloopt andere kinderen hun zandkastelen dus wij troosten andermans kinderen en bieden onze excuses aan. Ook troosten we ons eigen meisje omdat ze zo moe is, maar er zoveel leuke prikkels zijn en ze dus écht niet gaat slapen. Ze maakt contact met andere kindjes, steelt het speelgoed van hun handdoek, waardoor wij contact maken met wildvreemde ouders, waar we voorheen geen woord mee zouden wisselen. Uiteindelijk proberen we alles weer in te pakken, inclusief kind en vertrekken naar huis. Met zand, overal.
Als de kleine uitgeteld op bed ligt, genieten wij van ons eerste kopje koffie van vandaag met op de achtergrond het typisch Nederlandse onweer na een zonovergoten dag. Diep van binnen vraag ik me af hoe mensen dat doen met meerdere kleine kinderen, hopelijk zal de tijd het ons leren.